Bijlage B. De batterij vervangenDe computer heeft een speciaal geheugen voor de datum, de tijd en de instellingenvoor de ingebouwde voorzieningen, zoals de toewijzing (configuratie) van deseriële en parallelle poort. Door middel van een batterij blijft deze informatie ookbewaard nadat u de computer hebt uitgezet.De batterij hoeft nooit te worden opgeladen, maar gaat natuurlijk niet eeuwig mee.Als de batterij leeg raakt, gaan de datum, tijd en configuratiegegevens (waaronderook de wachtwoorden) verloren. Er verschijnt dan een foutmelding wanneer u decomputer aanzet.Raadpleeg de informatie over de lithiumbatterij op “Kennisgeving lithiumbatterij”op pagina vi voor meer informatie over het vervangen en weggooien van de bat-terij.U vervangt de batterij als volgt:1. Zet de computer en alle randapparatuur uit.2. Ontkoppel het netsnoer en verwijder de kap. Zie “De kap verwijderen” oppagina 21 (desktopmodel), “De kap verwijderen” op pagina 35(minitowermodel) of “De kap verwijderen” op pagina 55 (microtowermodel).3. Kijk waar de batterij zich bevindt. Zie het systeemplaatlabel aan de binnen-kant van de computer of zie “Onderdelen van de systeemplaat” op pagina 22(desktopmodel),“Onderdelen van de systeemplaat” op pagina 22 (minitower)of “Onderdelen van de systeemplaat” op pagina 58 (microtower).4. Verwijder, indien nodig, adapters die de toegang tot de batterij verhinderen.Zie “Adapters installeren” op pagina 26 (desktopmodel), “Adaptersinstalleren” op pagina 43 (minitower) of “Adapters installeren” op pagina 61(microtower) voor meer informatie.5. Verwijder de oude batterij.© Copyright IBM Corp. 2000 75