GEBRUIKSAANWIJZING20 909 6754 000(2)2006-10 ASTORINGEN LOKALISERENNeem voor meer informatie contact op met de servicecentra van Nilfisk-Advance. Zij beschikken over dewerkplaatshandleiding.VERWIJDERINGAls de machine wordt afgedankt, moet hij naar een bevoegd verwijderingbedrijf worden gebracht.Voordat de machine wordt afgedankt, moeten de volgende materialen worden verwijderd en gescheiden en vervolgens volgensde geldende milieunormen naar de betreffende afvalverwerkingsbedrijven worden gebracht:– Accu’s– Borstels/pads– Kunststof slangen en onderdelen– Elektrische en elektronische onderdelen (*)(*): Raadpleeg met name voor het afdanken van elektrische en elektronische onderdelen uw plaatselijkeNilfisk-Advance-kantoor.Probleem Waarschijnlijke oorzaak HerstelactieDe motoren werken niet. Voedingskabel of stekker kapot. Vervang de kabel.Onvoldoende aanzuiging van het vuile water.Vuilwatertank (27) vol. Leeg de tank.Flexibele slang (11) ontkoppeld van detrekker. Sluit aan.Aanzuigrooster (33) beschadigd of vlottergesloten. Reinig het rooster of controleer de vlotter.Trekker (21) vuil of rubbers van de trekkerversleten of beschadigd. Reinig en controleer de trekker.Afdekking van de tanks niet juist gesloten ofpakking (27) beschadigd ofcompensatieopening (30) verstopt.Sluit de afdekking op de juiste manier ofvervang de pakking of reinig decompensatieopening.Onvoldoende toevoer van het reinigingsmiddelnaar de borstels.Filter voor het reinigingsmiddel (24) vuil. Reinig het filter.Tank (17) vuil (uitlaatopening verstopt). Reinig de tank.Trekker maakt groeven.Vuil onder de rubbers van de trekker. Verwijder het vuil.Rubbers van de trekker versleten, gespletenof gescheurd. Vervang de rubbers.Trekker niet uitgelijnd met wieltje (23). Lijn deze uit.