GEBRUIKSAANWIJZING NEDERLANDSSR 1301 B 1463436000(1)2008-05 A 15De accu’s zijn op de machine gemonteerd, maar bevatten geen elektrolytb)Open de motorkap (13) en zet de steunstang (36) van de motorkap vast.1.Verwijder de doppen (24) van de accu’s.2.LET OP!Het loodzwavelzuur is zeer corrosief dus wees bijzonder voorzichtig. Als de vloeistof in contact komt metde huid of de ogen, spoel dan overvloedig uit met water en raadpleeg een arts.De accu’s moeten worden gevuld in een goed geventileerde ruimte. Draag werkhandschoenen.Vul de cellen van de accu’s met loodzwavelzuur voor accu’s (densiteit van 1,27 op 1,29 kg bij 25°C) aan de hand van de3.instructies in de gebruikershandleiding van de accu.De juiste hoeveelheid loodzwavelzuur staat in de handleiding van de accu’s.4.Laat de accu’s even staan en vul de cellen daarna met loodzwavelzuur aan de hand van de instructies in de handleiding5.van de accu’s.Laad de accu’s op (zie de procedure in het hoofdstuk Onderhoud).6.De accu’s worden niet meegeleverdc)Schaf de juiste accu’s aan (Zie het onderdeel Technische eigenschappen).1.Raadpleeg voor de keuze en montage een gekwalificeerde leverancier.Monteer de accu’s en stel de machine in op basis van het geselecteerde type accu (WET of GEL) (zie de procedure in het2.hoofdstuk Onderhoud).Laad de accu’s op (zie de procedure in het hoofdstuk Onderhoud).3.VOOR HET STARTEN VAN DE MACHINEControleer of er geen deurtjes of kleppen open staan op de machine en of de arbeidsomstandigheden normaal zijn.1.Als de machine na het transport nog niet is gebruikt, moet u eerst controleren of alle blokken en blokkeermiddelen die bij het2.transport zijn gebruikt wel zijn verwijderd.DE MACHINE STARTEN EN STOPPENStarten van de machineGa op de bestuurdersstoel (37) zitten en stel de stand van de stoel naar wens af met de hendel (72).1.Deblokkeer de stelhendel (66) door eraan te trekken. Stel daarna de kanteling van het stuur (65) naar wens af.2.Laat tenslotte de stelhendel (66) los en beweeg het stuur iets zodat de binnenstop vast haakt.Steek terwijl u op de bestuurdersstoel (37) zit de contactsleutel (67) in de contactschakelaar; draai de sleutel in stand ’I’ zonder3.het gaspedaal (69) in te trappen. Na enkele seconden gaat het display (60) branden en worden de bedrijfsuren weergegeven.Controleer of het groene lampje (63) brandt.Wanneer het gele (61) of rode lampje (62) gaat branden, zet u de contactsleutel op “0” en verwijdert u de sleutel. Laad de4.accu’s op (zie de procedure in het hoofdstuk Onderhoud).OPMERKINGDe stoel (37) is uitgerust met een veiligheidssensor waardoor de machine alleen kan bewegen als er iemand op debestuurdersstoel zit.Schakel de parkeerrem uit door op het pedaal (75) te drukken en tegelijkertijd de hendel (68) te deblokkeren.5.Ga op de werkplek zitten en start de machine met de handen op het stuur (65). Druk op het voorste deel van het pedaal (69)6.om de machine voorwaarts te bewegen en op het achterste deel om de machine achterwaarts te bewegen.De bewegingssnelheid is instelbaar van nul tot de maximale waarde via de druk op het pedaal.Zet de hoofdborstel met de hendel (73) omlaag. Activeer het aanzuigsysteem door op het onderste deel van de schakelaar7.(56) te drukken.Laat de zijborstel rechts met de hendel (70) zakken.8.Laat indien van toepassing de zijborstel links met de hendel (71) zakken.9.OPMERKINGDe borstels (10, 11, 12) kunnen ook als de machine beweegt omlaag en omhoog worden gezet.De borstels draaien niet wanneer ze omhoog staan.Als u met de veegwerkzaamheden wilt beginnen, start u de machine met de handen op het stuur (65) en drukt u naar wens op10.het pedaal (69).