43 / 138VAREN: ROEIEN1. De opblaasboot wordt standaard met roeispanen,roeidollen en roeibank geleverd. Zorg dat de roeibank opde juiste wijze wordt geïnstalleerd. (Raadpleeg deinstructies voor het monteren van de boot.)2. Plaats de roeispanen in de roeidollen en bevestig deroeidoltapbouten.OPMERKING: Gebruik de roeispanen niet als hefboom – zekunnen breken!3. Voordat gevaren wordt met de roeispanen of een kleinebuitenboordmotor, moet u zich op de hoogte stellen van deplaatselijke omstandigheden. Het is mogelijk dat demotorisering van de boot niet sterk genoeg is om tegen eenzeer sterke tij– of rivierstroom in te kunnen varen.VAREN: MET BUITENBOORDMOTOR GEBRUIK NIET EEN TE GROTE MOTOR! Het gebruik vaneen te grote motor kan moeilijkheden met manoeuvrerenen/of de stabiliteit van de boot tot gevolg hebben.GEBRUIK EEN NOODSTOPSCHAKELAAR. Dezeschakelaar stopt de motor als de bestuurder om welkereden dan ook bij de motor vandaan gaat.IEDEREEN OP DE VLOER. Bij het varen met eenbuitenboordmotor moet IEDEREEN op de vloer zitten,NIET op de opblaaskamers of op de roeibank, omoverboord vallen te voorkomen.ÉÉN PERSOON IN DE BOOT. Wanneer zonder passagiersmet een buitenboordmotor wordt gevaren, moet hetgewicht zo ver mogelijk vóór in de boot worden geplaatst.Snelle acceleratie moet worden vermeden om te zorgendat de boot niet achterover kan slaan.1. De motorknevelbouten moeten af en toe wordengecontroleerd. Losse knevelbouten leiden totonregelmatig varen en mogelijk verlies van de motor.2. Bestudeer de gebruikershandleiding van de motoraandachtig voordat u gaat varen.3. Van elk voorwerp aan boord moet worden nagegaan of hetde boot niet kan beschadigen of een lek kan veroorzaken.SLEPEN – ANKEREN – AFMEREN1. Als de opblaasboot door een andere boot wordt gesleept,MOET HIJ LEEG ZIJN. De sleeplijn moet aan de”D”–ringen aan weerszijden van de opblaasboot wordenvastgemaakt (of aan de ”D”–ring op de boeg voor stijveopblaasboten). De gesleepte opblaasboot moet continu inde gaten worden gehouden.2. De ANKER– en MEERlijnen moeten aan een sleeptuigworden bevestigd, dat door middel van de ”D”–ringen aanelke kant van de boot is vastgemaakt.BELANGRIJK: DE BOEGRINGBEUGEL MAG NIETWORDEN GEBRUIKT OM TE SLEPEN, HET ANKER UIT TEWERPEN OF AAN TE MEREN.DAVITSAls de boot in de davits hangt, de aftappluggen verwijderenzodat zich geen water in de boot kan verzamelen.DEFECTE LUCHTKAMERS1. Mocht een luchtkamer defect raken, breng het gewicht dannaar de andere zijde. Beveilig de lekke luchtkamer zonodig (door vastbinden of omhoog houden) en vaaronmiddellijk naar de dichtstbijzijnde wal.GEVAREN IN HET WATER1. Wrakken, riffen, rotsen, zandbanken en ondiepe plaatsenmoeten worden vermeden of zeer voorzichtig wordenbenaderd.2. Wanneer u onbekend bent met het gebied, dient uinformatie in te winnen over plaatselijke risico’s voordat ude boot te water laat.3. PAS OP VOOR WIND EN STROMINGEN LANGS DEKUSTSTRANDLANDING1. Er wordt afgeraden om de boot met draaiende motor hetstrand op te varen of over rotsen, zand, grind of bestratingte slepen, omdat de huid van de boot schade kan oplopen.2. Dek de boot af om blootstelling aan fel zonlicht tevoorkomen als de boot geruime tijd uit het water blijft.OPSLAGBELANGRIJK: Om verkleuren van de romp ofluchtkamers als gevolg van scheepsaangroeiing ofverontreinigd water te voorkomen, mag de boot NIETgedurende lange tijd in het water worden opgeslagen.1. Na het varen moeten de boot (huidmateriaal en/ofglasvezel/stijve opblaasbootrompen indien vantoepassing) en alle onderdelen met een zachte zeepworden gewassen en met zoet water worden afgespoeld.Laat alle onderdelen drogen voordat u ze in de draagtasopbergt. Hierdoor wordt schimmel voorkomen.2. Houten onderdelen moeten worden geïnspecteerd opbeschadiging van de deklaag. Krassen of groeven in hethoutwerk moeten worden bijgewerkt met scheepslak.3. Wilt u uw boot als nieuw houden? Berg de boot dan op ineen koele, droge ruimte en zorg dat hij niet te lang aandirect zonlicht wordt blootgesteld.4. Als accessoire is een dekzeil verkrijgbaar om uw boottijdens opslag af te dekken en te beschermen.BELANGRIJK: Was en reinigingsmiddelen die alcoholbevatten, MOGEN NIET WORDEN GEBRUIKT op hethuidmateriaal van de boot (en/of stijveopblaasbootrompen indien van toepassing). Door alcoholdroogt het huidmateriaal (en/of stijveopblaasbootrompen indien van toepassing) vroegtijdiguit.5. Plaats geen zware voorwerpen op de boot ombeschadiging van de boot tijdens de opslag te voorkomen.